(2)
Zes (of meer) van
de volgende symptomen van
hyperactiviteit/impulsiviteit
zijn gedurende
ten
minste zes
maanden aanwezig geweest in een mate die onaangepast is en niet past bij het
ontwikkelingsniveau:
Hyperactiviteit
(a) beweegt vaak
onrustig met handen of voeten, of draait in zijn/haar stoel
(b) staat vaak op
in de klas of in andere situaties waar verwacht wordt dat men op zijn plaats
blijft zitten
(c) rent vaak
rond of klimt overal op in situaties waarin dit ongepast is (bij adolescenten of
volwassenen
kan dit beperkt
zijn tot subjectieve gevoelens van rusteloosheid)
(d) kan moeilijk
rustig spelen of zich bezighouden met ontspannende activiteiten
(e) is vaak "in
de weer" of "draaft maar door"
(f) praat vaak
aan een stuk door
Impulsiviteit
(g) gooit het
antwoord er vaak al uit voordat de vragen afgemaakt zijn
(h) heeft vaak
moeite op zijn/haar beurt te wachten
(i) verstoort
vaak bezigheden van anderen of dringt zich op (bijvoorbeeld mengt zich zomaar in
gesprekken of
spelletjes)
B.
Enkele symptomen
van hyperactiviteit-impulsiviteit of onoplettendheid die beperkingen veroorzaken
waren voor het
zevende jaar aanwezig.
C.
Enkele
beperkingen uit de groep symptomen zijn aanwezig op twee of meer terreinen
(bijvoorbeeld op
school [of werk]
en thuis)
D.
Er moeten
duidelijke aanwijzingen van significante beperkingen zijn in het sociale,
school- of
beroepsmatig
functioneren.
E.
De symptomen
komen niet uitsluitend voor in het beloop van een pervasieve
ontwikkelingsstoornis,
schizofrenie of
een andere psychotische stoornis en zijn niet eerder toe te schrijven aan een
andere
psychische
stoornis (bijvoorbeeld stemmingsstoornis, angststoornis, dissociatieve stoornis
of een
persoonlijkheidsstoornis).
Vier typen
attention-deficit hyperactivity disorder (ADHD) (DSM-IV-TR).
1. ADHD met
overwegend aandachtsproblematiek: voldeed het afgelopen half jaar aan de
ADHD-
criteria A1,
maar niet aan A2.*
2. ADHD met
overwegend hyperactiviteit en impulsiviteit: voldeed het afgelopen half jaar aan
de
ADHD-criteria
A2, maar niet aan A1.*
3. ADHD met
zowel aandachtsproblematiek als hyperactiviteit en impulsiviteit: voldeed het
afgelopen
half jaar aan de
ADHD-criteria A1 en A2.*
4. ADHD-NAO(
niet anderszins omschreven) (NOS): deze categorie is bestemd voor personen met
uitgesproken
aandachtsproblemen of hyperactiviteit-impulsiviteit, die voldoen (en in het
verleden ook
niet lijken te hebben voldaan) aan de criteria voor ADHD. Tot de voorbeelden
horen: